Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Dit zijn de namen [8]der mannen, die Mozes zond, [9]om dat land te verspieden; en Mozes noemde Hosea, den zoon van Nun, Jozua. 8. Welke waren in getal twaalf, naar het getal der twaalf stammen. 9. Dat is, om te bevinden en te onderkennen niet alleen hoedanig het land was, maar ook de inwoners. Zie vs.18,19, enz.